3 De knoptorenkerk, 1400-1949
3 De knoptorenkerk, 1400-1949
3 De knoptorenkerk, 1400 - 19491400 Rode is een welvarend dorp, hoofdplaats van de Peel. Er zijn twee kerken, de Sint Odakerk, of Kapittel kerk en, in Eerschot, aan de andere kant van de Dommel, de SintMaartenkerk. 1400 De SintMaartenkerk dateert uit de 10e eeuw, toen een vermoedelijk houten kapel, gebouwd door een adellijke dame gewijd aan de heilige Maarten. Rond 1400 werd op die plaats een bakstenen kerk gebouwd. De toren werd omstreeks 1450 toegevoegd, het metselwerk ervan is 32 meter hoog. De bakstenen werden door de bouwers zelf gemaakt. De torenmuren zijn onderaan 2.20 meter dik. Ze verspringen zowel aan de buitenkant als aan de binnenzijde en worden naar boven toe steeds dunner. De toren eindigt in een grote knop met aan vier zijden een luik. De kerk was in die tijd “een zeer trots, hoog en luchtig gebouw”, in de volksmond de Knoptoren. 1583 Tijdens de 80 jarige oorlog wordt de Meierij zwaar getroffen door overvallen en plunderingen, zowel door de Staatse als de Spaanse legers. In 1853 waren het de Staatse troepen die in St Oedenrode brand stichtten, ook in de beide kerken. Van de Knoptorenkerk gaan de torenspits en het kerkdak in vlammen op. Pas in 1609, tijdens het twaalf jarig bestand, werd de kerk weer zo goed mogelijk herbouwd, inclusief de knop. 1794 Sint Oedenrode en de omliggende dorpen werden door rondzwervende legers van de Franse koning geplunderd. Generaal Pichegru gebruikte de Martinuskerk voor de legering van soldaten en paarden. De kerkmeubelen werden opgestookt, want het was winter. 1800 Kort na de toewijzing van de Martinuskerk aan de protestantsen was tijdens een orkaan de zware knop van de toren afgewaaid en door het kerkdak gestort. Met uitzondering van het priesterkoor was er weinig meer over dan een puinhoop. Door de regen was de kalk van de pilaren gespoeld en waren fraaie schilderingen zichtbaar geworden, aan elke pilaar één der apostelen. 1824 Met de knoptorenkerk als voorbeeld en met steun van de Nederlandse overheid werden ook op een aantal andere plaatsen in Brabant kerken (“waterstaatskerken”) voor protestanten gebouwd. 1871 In 1871 brandde de Knoptoren bijna af door blikseminslag, maar door krachtdadig blussen, waarbij emmertjes water vanuit de Dommel tot aan de toren werden doorgegeven, werd erger voorkomen. Daar werden ze met touwen omhoog gehesen en door luiken naar binnen gehaald, in het kleine perspompje gegoten en zo werd de beginnende brand geblust. In 1926 werden de muren van de Knoptoren gerestaureerd. 1875 In 1875 werd het bouwvallige orgel, gebouwd in 1809, vervangen door een harmonium. De oude Statenbijbel op de kansel werd in 1919 door douairière van Coehoorn aan de kerk geschonken. 1942 In de toren hingen drie klokken die in 1942 door de Duitsers werden gestolen. Na de bevrijding, in 1946, werd de grootste klok teruggevonden en weer in de toren opgehangen. De klokkenstoel en de klok met een diameter van 149,5 cm stammen beide uit 1696, en zijn gemaakt door A. Jullien. | ||
terug | ||